U bent hier
Kamercommissie vraagt spoorbazen om uitleg over problemen vervoersplan

Bijna twee maanden geleden, op 14 december 2014, trad het nieuwe vervoersplan van de NMBS in werking. Sindsdien regent het klachten en kritiek. Tijdens een chaotische hoorzitting in de Kamercommissie Infrastructuur werden spoorbazen Jo Cornu (NMBS) en Luc Lallemand (Infrabel) om uitleg gevraagd.
“Het is logisch dat de introductie van een nieuwe dienstregeling wat aanpassingstijd vraagt. Dat was ook zo in 1998 toen het vorige vervoersplan gelanceerd werd”, zegt N-VA-Kamerlid Wouter Raskin. “Maar dat neemt niet weg dat er de laatste weken opvallend veel klachten van reizigers binnenstromen. Die mogen we niet zo maar naast ons neerleggen.”
In zijn tussenkomst weerlegde Raskin meteen de bewering van de linkse oppositiepartijen dat de problemen van het vervoersplan te wijten zouden zijn aan de besparingen van de Zweedse coalitie. “De besparingen zijn nog niet eens geïmplementeerd en zullen bovendien niet ten koste gaan van de dienstverlening”, beklemtoont Raskin. Besparingen zijn echter wel noodzakelijk, want de NMBS torst een zware schuld van 2,7 miljard euro die elk jaar nog aangroeit. De regering-Michel wil die schuldgraad doen dalen. “Er kunnen nog heel wat efficiëntiewinsten geboekt worden. De bedoeling is om van de NMBS een modern en financieel gezond overheidsbedrijf te maken dat klaar is voor de vrijmaking van het binnenlands personenvervoer”, aldus het N-VA-Kamerlid.
Raskin ging ook in op de vaststelling dat een groot deel van de klachten afkomstig is uit meer perifere gebieden zoals de Westhoek, de Kempen en Limburg. Reizigers uit deze regio’s verliezen een aantal rechtstreekse verbindingen, met als gevolg dat de al lange reistijden nog langer worden. Het N-VA-Kamerlid steunt dan ook het pleidooi van zijn CD&V-collega Jef Van den Bergh om een grondig debat te voeren over de toekomst van de NMBS. Een gedeeltelijke privatisering mag daarbij geen taboe zijn. Van den Bergh opperde het idee om – zoals in Nederland - op sommige perifere en kostelijke spoorlijnen ook andere vervoersoperatoren toe te laten.