U bent hier
Postnatale thuiszorg sterker uitbouwen

Kersverse moeders verblijven na hun bevalling alsmaar korter in de kraamkliniek: in 1960 gemiddeld tien dagen, in 2014 nog amper vier. Dat is op zich geen probleem, maar dan moet de postnatale zorg thuis wel verzekerd zijn. Met een voorstel tot resolutie wil de N-VA, samen met de andere Vlaamse meerderheidspartijen, die thuiszorg uitbouwen en enkele knelpunten wegwerken.
Het aanbod van kraamzorg is vandaag fel versnipperd en verschilt sterk per regio. De samenwerking tussen ziekenhuis en thuisvroedvrouw loopt ook niet altijd van een leien dakje. Veel ouders zijn ook onvoldoende op de hoogte van de mogelijkheden van thuiskraamzorg.
Federaal minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open Vld) selecteerde begin dit jaar zeven proefprojecten rond verkorte ligduur en de snellere overgang naar de thuisomgeving. “De Vlaamse Regering hoeft niet te wachten op de resultaten van die proefprojecten, die nog twee jaar op zich kunnen laten wachten”, vinden Peter Persyn, die het voorstel indiende in het Vlaams Parlement, en zijn collega's Danielle Godderis-T’Jonck en Caroline Croo. “We kunnen nu al zaken voorbereiden en stroomlijnen.”
Gecoördineerde samenwerking
In de resolutie is een centrale en coördinerende rol weggelegd voor de ambulante vroedvrouw, met garanties over de continuïteit en permanentie van de medische zorg, 7 dagen op 7 en 24 uur op 24. Ook kraamverzorgenden moeten een belangrijke rol krijgen. Zij dienen een gespecialiseerde opleiding te krijgen om de moeder en haar kind te ondersteunen in de niet-medische zorg en, indien nodig, de vroedvrouw of huisarts te verwittigen bij alarmsituaties.
Tot slot is er nood aan een gecoördineerde samenwerking tussen alle betrokkenen - gynaecoloog, arts en vroedvrouw - zodat een kersverse mama met haar kindje altijd en overal kan genieten van de goede zorgen van onze zorgverstrekkers.