N-VA wil geen nieuwe vaste benoemingen meer bij NMBS

De N-VA oefent druk uit over de modernisering van het spoor. Ze provoceert de stakende spoorbonden door hun absolute taboe aan te vallen: de vaste benoeming.

De partij wil de vaste benoeming bij het spoor laten uitdoven. 'Het personeel mag zijn statuut behouden, maar nieuwe mensen mogen nog alleen contractueel aangeworven worden', zegt Kamerlid Wouter Raskin (N-VA), die daarover een wetsvoorstel heeft ingediend.

Het is voor de vakbonden bij het spoor een absoluut taboe dat aan hun vaste statuut wordt geraakt. Omdat elke aanpassing daarvan dynamiet is, hield de spoordirectie ze bewust buiten de onderhandelingen over het recentelijk afgesloten sociaal akkoord. De wilde staking die gisteren uitbrak, vormt het bewijs dat de bonden zich weigeren neer te leggen bij aanpassingen van hun sociale verworvenheden.

De demarche van de N-VA mag gerust gezien worden als een provocatie aan het adres van de bonden. De partij is al langer van oordeel dat het met de noodzakelijke hervorming naar een moderner en productiever spoor allemaal niet ver en snel genoeg gaat.

Het statuut maakt de NMBS volgens de N-VA een pak duurder dan buitenlandse spoorbedrijven. Raskin: 'Bij het spoor is er voor elke 25 medewerkers 1 hr-personeelslid. Bij andere bedrijven is dat gemiddeld 1 op 100. Daarnaast kan de NMBS met een werkweek van 36 uur, meer dan 50 verlofdagen en uitgebreid gamma aan vergoedingen en compensaties - allemaal een gevolg van het statuut - niet wedijveren met haar Europese concurrenten. Het Belgisch spoor kan zo nooit klaar zijn voor de vrijmaking van de markt in 2026.'

De vaste benoeming is niet het enige aanvalsfront van de N-VA. Kamerlid Inez De Coninck dient ook een resolutie in over de stiptheid die naar omhoog moet. 'Enkel met stipte treinen kunnen we reizigers overhalen de overstap van de auto naar de trein te maken, niet door de bouw van megalomane stations in Luik en Bergen.'

De N-VA wil het variabel loon van de managers meer afhankelijk maken van de stiptheid. Nu is dat voor slechts 20 procent. 'Bovendien moet de stiptheid anders berekend worden: afgeschafte treinen en het aantal reizigers moeten meetellen. Een stipte trein die 50 personen vervoert moet minder meetellen dan een stipte trein die 1.000 personen vervoert. Vertragingen moeten net als in andere landen na vijf en niet na zes minuten, zoals bij ons, geteld worden', aldus De Coninck. Tijdens de presentatie van zijn beleidsnota in de Kamer zei minister van Mobiliteit François Bellot (MR) dat hij een gewogen stiptheid van 90 procent wil, maar dat is volgens de N-VA nog niet ambitieus genoeg.

Bellot kwam in de Kamer zijn visie over de toekomst van het spoor voorstellen. Maar het debat is overschaduwd door de nieuwe sociale onrust bij het spoor. Bellot zal vooral moeten uitvoeren wat op regeringsniveau al lang in de pijplijn zit. Het is de bedoeling de macht van de twee grote spoorbonden in te perken, door sociale verkiezingen in te voeren en het vetorecht van bonden over sociale akkoorden af te schaffen. De discussie over het wetsontwerp zit vast op regeringsniveau. De minister wil ook een bestaand akkoord ter voorkoming van wilde stakingen wettelijk verankeren en in het nieuwe beheerscontract opnemen. Bellot wil ook nog altijd de invoering van een minimale dienstverlening, het Loch Ness van het sociaal overleg waar zijn voorgangster Jacqueline Galant (MR) haar tanden op brak. Het frustreert de N-VA dat er bijna halfweg de regering zo weinig vooruitgang is geboekt met probleemkind NMBS, dat voorlopig een niet in te nemen vesting van de bonden blijft.

Bron: De Tijd © De Persgroep 2016