U bent hier
Video: Geert Bourgeois licht maatschappijvisie achter Vlaams beleid toe tijdens gastcollege UGent

Het is een traditie geworden dat professor Carl Devos zijn openingscollege Politicologie aan de Universiteit Gent uitbesteedt aan een doorwinterd politicus. Dit jaar mocht Vlaams minister-president Geert Bourgeois voor de Gentse aula het academiejaar op gang trappen.
Bourgeois deed dat de dag nadat hij met zijn Septemberverklaring het nieuwe politieke jaar in het Vlaams Parlement had ingeluid. In zijn gastcollege over ‘De nieuwe burger, de nieuwe overheid’ gaf hij op vraag van Carl Devos meer uitleg bij de maatschappijvisie achter die Septemberverklaring.
Geert Bourgeois hing zijn betoog op aan drie belangrijke doelstellingen die hij als politicus en beleidsmaker voortdurend voor ogen houdt: (1) een democratische rechtsstaat waarin de fundamentele rechten en vrijheden door iedereen worden gedragen, (2) een actief burgerschap met verantwoordelijke burgers die vertrouwen krijgen van de overheid, en (3) een efficiënte en slimme overheid die het voortbestaan van onze welvaartsstaat garandeert.
Democratische rechtsstaat
Aan het begin van zijn lezing wees Bourgeois erop dat we allemaal bevoorrecht zijn als Vlamingen: “We leven in een democratische rechtsstaat die onze fundamentele rechten en vrijheden garandeert. Dat is niet altijd zo geweest en dat is nog niet overal het geval.” Bourgeois ziet het als onze taak om erover te waken dat dit zo blijft. Want uiteindelijk is het dankzij die fundamentele rechten en vrijheden, zoals de vrijheid van meningsuiting en de gelijkheid van man en vrouw, dat iedereen in Vlaanderen ook zijn levensbeschouwing in alle vrijheid kan beleven. Dat actieve pluralisme is een ander belangrijk kenmerk van onze democratische samenleving.
Maar hoe verscheiden onze samenleving ook is, toch is er één publieke cultuur, met gedeelde waarden en normen. “Iedereen is in Vlaanderen welkom, ongeacht zijn of haar afkomst”, stelt Bourgeois onomwonden. Hier is geen plaats voor racisme, discriminatie, homofobie of antisemitisme. “Maar iedereen moet ook participeren aan onze publieke cultuur, gegrondvest op die fundamentele rechten en vrijheden. Enkel op die manier is samenleven in diversiteit mogelijk en kunnen we onze samenleving en onze toekomst samen vorm geven.”
Actief burgerschap
Bourgeois stond ook stil bij de eeuwige vraag hoe de verhouding tussen burger en overheid vorm moet krijgen. In de vorige eeuw kwam het antwoord daarop in grote mate van de zuilen. Met de geleidelijke ontzuiling brokkelden de bestaande evenwichten tussen overheid en burger steeds verder af. “Sommigen kijken eerder nostalgisch terug naar die periode van de verzuiling”, stelt Bourgeois vast. “Minstens menen zij dat er sinds de ontzuiling een vacuüm in de democratie is gekomen. De kiezer is zogenaamd losgeslagen en loopt populisten achterna.”
Zelf ziet hij dat niet zo. “Ik zie vrije en zelfbewuste burgers die los van verzuiling en politisering een actief en occasioneel engagement willen opnemen in de samenleving.” Als voorbeelden citeert hij burgerinitiatieven zoals Ringland en solidariteitsacties zoals Music for Life, maar ook buurtcomités en vrijwilligerswerk in diverse verenigingen en organisaties.
Een nieuwe, sterke en slimme overheid
Deze moderne visie op burgerschap vereist ook een mentaliteitsomslag bij de overheid zelf. Zij moet actief burgerschap ondersteunen en stimuleren, in de eerste plaats door meer ruimte, waardering en vertrouwen te schenken aan haar eigen burgers. “In Vlaanderen hebben we de neiging om te veel van de overheid te verwachten, terwijl we de rol van de burger soms veronachtzamen”, merkt Bourgeois op. “De overheid moet kansen creëren, maar het is aan de burger om die ook aan te grijpen.”
Bourgeois pleit voor een overheid die een partner is van de burger, de verenigingen, de ondernemer, de scholen en de lokale besturen. Zonder betutteling, overbodige administratieve lasten, overdreven regel- en controledwang en bureaucratie. En ook de wijze waarop de overheid zichzelf organiseert moet anders en beter. “Wat wij willen is een flexibele, slanke en krachtige overheid, die een intelligent beleid voert op basis van data, kennis en prestatievergelijking. Een e-government dat intensief gebruikt maakt van innovaties in de informatietechnologie en andere sectoren. Enkel zo’n efficiënte en slimme overheid zal het voortbestaan van onze welvaartsstaat garanderen.”