Kinderarbeid van de kaart vegen? Dan moeten we af van die tunnelvisie die alleen focust op de laagste prijs

Door Grete Remen op 12 juni 2015, over deze onderwerpen: Werken, Jeugd
Kinderarbeid van de kaart vegen? Dan moeten we af van die tunnelvisie die alleen focust op de laagste prijs

De wekker loopt af: 4.30 uur. Ik krijg mijn kinderen moeilijk wakker. Ze zijn nog moe van de lange werkdag gisteren en twee van hen hebben een lelijke hoest. Terwijl ik ze haastig aankleed - de bus richting naaiatelier wacht niet - knaagt nog steeds de pijn van het verlies.

Het is nu een maand geleden dat we ons jongste zoontje moesten begraven na een incident met een defecte textielmachine. Maar veel tijd om bij het verlies stil te staan, hebben we niet. We moeten verder of straks zijn er niet eens voldoende centen om na de werkdag van achttien uur de honger van het gezin te stillen.

Een getuigenis is het voorgaande niet, daarvoor is kinderarbeid - gelukkig - te ver van mijn bed en dat van mijn eigen kinderen. Het is enkel een empathische poging, waarbij ik me de situatie probeer voor te stellen van de moeders van 150 miljoen kinderen tussen vier en zestien jaar, die dagelijks in schrijnende omstandigheden moeten werken. Jaarlijks moeten 22.000 van die moeders hun kind begraven na een zoveelste ongeluk op de werkvloer.

Niemand kiest waar hij geboren wordt, maar het cliché over lotsbestemming werd de jongste maanden weer pijnlijk in de media bevestigd. Er was de tweede verjaardag van de instorting van het Rana Plaza-gebouw in Bangladesh. Maar er bestaan nog meer confronterende voorbeelden. Denk maar aan de cacaoplantages in West-Afrika of de Apple-fabrieken in China. Ook in Europa bestaan er nog steeds vormen van kinderarbeid.

Zestien jaar geleden namen de Verenigde Naties het Internationale Verdrag inzake Rechten van Kind unaniem aan. Artikel 32 daarvan beschermt kinderen tegen elke vorm van gedwongen arbeid. Toch is kinderarbeid nog steeds een wereldwijd probleem.

Intussen shoppen onze tieners naar hartenlust goedkope kledingstukken, gemaakt door hun leeftijdsgenoten aan de andere kant van de wereld. Ze flaneren over straten met kasseien, gemaakt door kinderhanden.

Een schuldgevoel aankweken bij de brave, en helaas vaak onwetende, burger heeft weinig zin, evenmin als verontwaardigde tweets de wereld insturen. Het heeft geen enkel nut om te trachten de schuld in iemands schoenen te schuiven. Zowel in mijn functie als onderneemster, CEO en als Vlaams parlementslid hou ik niet van eindeloos discussiëren en debatteren. We moeten overgaan tot actie en beslissingen nemen, durven veranderen en vooruitgaan.

Het wordt hoog tijd dat kinderarbeid wereldwijd van de kaart geveegd wordt. Om werkelijk iets te veranderen, moeten we afwijken van die nauwe tunnelvisie die maar op één ding focust: de laagste prijs.

Overheden, privébedrijven en de consument lijken enkel maar aan hun portemonnee te denken, en minder aan het ethische voetspoor van het product in hun winkelkar. Vorige week bleek nog uit een IVox-enquête dat één op drie Belgen duurzaamheidsmoe is, omdat het te vaag is. Een kwart daarvan ergert zich zelfs wanneer het woord valt.

Kinderarbeid is allesbehalve een vaag begrip. Duurzaamheid mag niet uitgehold worden tot een abstract ideaal. Transparantie is hier een belangrijke sleutel. Europa vraagt al aan bedrijven om meer te rapporteren over ketentransparantie, sociale en personele aangelegenheden en mensenrechtenschendingen. Maar we moeten verder durven gaan.

Binnen de Vlaamse meerderheid roepen we daarom op werk te maken van ethisch en verantwoord ondernemen en consumeren, waarin ook bijzondere aandacht wordt gegeven aan kinderarbeid. We roepen op om de Bengaalse overheid aan te sporen de Arbeidswet verder te gaan amenderen, vooral met betrekking tot het recht op vereniging.

Specifiek voor de kledingsector willen we de sectorfederaties Fedustria, Creamoda en Comeos aanmoedigen hun leden en retailers actief te laten toetreden tot het Bangladeshveiligheidsakkoord en tot de Fair Wear Foundation. Daarmee tonen textielbedrijven zich bereid om hun leverancierslijsten met elkaar te delen. Zo'n toetreding is een heel belangrijke stap. Op korte termijn leidt dat tot meer transparantie en op middellange termijn tot meer duurzaamheid en minder kinderarbeid.

We kunnen het ons niet veroorloven om eindeloos ter plaatse te blijven trappelen. De Vlaamse meerderheidspartijen zijn zich ervan bewust dat Vlaanderen de wereld niet in zijn eentje kan veranderen. Maar Vlaanderen kan wel de aanzet geven, het voorbeeld geven, naar een betere en menswaardige samenleving. Voor iedere werknemer en alle kinderen.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is