U bent hier
Meer brugpensioen = minder sociale welvaart

Tom Lanoye valt de N-VA frontaal aan omdat deze regering het brugpensioen aanpakt. Asociaal, vindt hij. Volgens Frank Vandenbroucke heeft de pensioenhervorming echter geen zin als het brugpensioen blijft bestaan. Het is in dit debat niet Lanoye die gelijk heeft.
Frank Vandenbroucke zegt in het Leuvense studentenblad Veto dat zijn tenen krullen bij de simplistische manier waarop over pensioenen gedebatteerd wordt in België. Ik kan de voorzitter van de commissie Pensioenhervorming 2020-2040 daarin zeker volgen.
Tom Lanoye verspreidde onlangs een persiflage op de #helfie-campagne waarin BDW wordt afgeschilderd als de man die de mensen “verarmt” door hun brugpensioen af te pakken. ‘Zeg maar dag met het handje!’ aan het brugpensioen, klinkt het zurig bij het gelegenheidskoppel Lanoye & Humo.
Over dat fameuze brugpensioen laat Vandenbroucke nu net het volgende optekenen: “Op lange termijn heeft de pensioenhervorming geen zin als het brugpensioen blijft bestaan, onder welke naam dan ook.” Hallo, Tom Lanoye?
Als ik ga spreken over pensioenen in parochie- en andere zalen ten lande, vraag ik mijn toehoorders altijd of ze weten wat de effectieve pensioenleeftijd was in 1973. Het antwoord – 64 jaar, dames en heren – leidt meestal tot enige consternatie.
PVDA in de praktijk
Toen de Belgische economie vanaf 1974 zwaar getroffen werd door de petroleumcrisis, reageerden de sociale partners en de regering door het programma van Peter Mertens’ PVDA in de praktijk te brengen: arbeidsduurverkorting en fakkelbanen, ofte brugpensioen. Eerst vanaf 60, maar gauw daarna 52 voor mannen en 49 voor vrouwen. De effectieve pensioenleeftijd begint dan gestaag te dalen tot begin 2000 de absolute bodem van 57 jaar voor mannen en 54 jaar voor vrouwen bereikt wordt.
De inzichten waarop systemen als het brugpensioen gebaseerd zijn bleken echter rampzalig foutief: er is geen vaste hoeveelheid werk in een economie. In de literatuur heet dit de “lump of labour fallacy”. België was niet het enige land waar dit soort van beleid op basis van foute premissen werd ontplooid maar België is wel het enige land waar het zo hardnekkig moeilijk blijft om met deze fouten komaf te maken.
Het probleem met systemen als het brugpensioen is dat ze – op korte termijn - goed nieuws lijken voor de individuele werkgever en de individuele werknemer. In de praktijk betekende het brugpensioen vooral voor grote bedrijven een relatief goedkope manier om van dure, oudere arbeidskrachten af te raken, iets wat tot voor 1974 een taboe was. De vakbonden van hun kant konden de individuele werknemer van een inkomen voorzien zonder dat daar arbeid tegenover stond. Ze wilden van arbeiders als het ware kapitalistjes maken.
Zweeds
Kmo’s – op N.V. L.A.N.O.Y.E. na – zijn meestal tegen het systeem van brugpensioen, maar voor de multinationals en de vakbonden in sterke sectoren was het systeem een win-win. Tegenover de klassenverzoening tussen het grootkapitaal en de gesyndiceerde arbeid staat de gemeenschap die de rekening betaalt en dus door het brugpensioen “verarmt”.
We hadden een pak welvaart extra kunnen genereren indien meer 50plussers aan de slag waren gebleven. De verhoging van de activiteitsgraad door de pensioenmaatregelen van deze regering betekent volgens het Planbureau op termijn 6,2% meer collectieve welvaart. En het zou nog meer kunnen zijn, als we ons aan de beste leerlingen van de klas spiegelen.
Het brugpensioen verarmt in het bijzonder de actieve bevolking die de hoogste lasten op arbeid van de OESO-zone torst en de gepensioneerde in het werknemersstelsel die de laagste brutopensioenen van de Westerse wereld ontvangt. Via belastingen financieren de actieven de rechtstreekse kost van de vervroegde uittredingssystemen ten belope van 0,6 à 0,7% van het BBP. In de pensioenen loopt de herverdeling via de gelijkgestelde periodes: het brugpensioen is daar goed voor een kwart van de gelijkgestelde pensioenrechten van de mannelijke gepensioneerden. Wie pensioen ontvangt waar hij niet voor gewerkt heeft, moet weten dat iemand anders er wel voor gewerkt heeft maar het niet ontvangt, zoals Geert Noels terecht opmerkt.
In Zweden zijn de sociale partners erin geslaagd een grote pensioenhervorming uit te tekenen die meer sociale welvaart heeft gebracht: betere pensioenen, minder armoede en ongelijkheid onder gepensioneerden en een hogere jobtevredenheid van wie wel aan de slag blijft. Op de koop toe is de totale pensioenuitgave in Zweden lager dan in België. Van geslaagd sociaal overleg gesproken.
De pensioencommissie onder leiding van Vandenbroucke heeft zich duidelijk door het Zweedse voorbeeld laten inspireren, met oog voor kostprijs, doelstelling en ethische implicaties.
Essentieel daarbij is dat systemen om de uittrede van de arbeidsmarkt te vergemakkelijken – zoals het brugpensioen – worden omgevormd tot systemen die het gemakkelijker maken om op de arbeidsmarkt te blijven. Daarbij wordt bijvoorbeeld een deeltijds pensioen mogelijk en nagedacht over een flexibele pensioenleeftijd waarbij de kostprijs van de vervroegde uittrede billijker tussen de individuele gepensioneerde en de gemeenschap wordt verdeeld.
Geen illusies
Ik maak mij geen illusies dat ik Tom Lanoye (of Rudy De Leeuw) kan overtuigen dat deze Zweedse coalitie uit is op een Zweeds scenario, en niet op een afbraak van de sociale zekerheid. Een goeie polariserende slogan en simplistisch wij-zij-denken zijn hem in dezen dierbaarder dan de nuance.
In Revue Ravage gaat Lanoye op zoek naar de redder van de sociaal-democratie in Vlaanderen, maar al snel blijkt dat de partij opgescheept zit met twee miscasts en dat alles uiteindelijk bij het oude blijft. Allemaal bijzonder uit het leven gegrepen.
De redder van de sociaal-democratie in Vlaanderen: zou dat niet de man zijn die Rudy De Leeuw en Tom Lanoye kan overtuigen dat brugpensioen een slecht idee is? Als dat niet lukt kan de gevierde pennenridder misschien beginnen aan zijn volgende script: ‘Ravage Total – dood van een pensioenstelsel’. Zijn critici kunnen dan in Humo persiflages laten afdrukken met de tekst: ‘Pensioen? – zeg maar adieu dankzij Tommeke’.