U bent hier
Twijfel eeuwige houvast voor de mens
Het Willemsfonds organiseerde een schrijfwedstrijd met als thema ‘Nieuwe tijden, nieuwe waarden, betere inzichten ... ?’. De jury, onder leiding van Dirk Verhofstadt, bekroonde Louis Ide voor onderstaand essay. Louis Ide legde de laatste hand aan het essay op 15 september 2010.
Toen Edmund Burke zijn Reflections on the Revolution in France schreef, deed hij dit mijns inziens vanuit een oprechte bezorgdheid. Burke besefte als geen ander dat de mens een houvast nodig heeft. Hij vreesde dat de Revolutie die houvast definitief aan diggelen zou slaan. Burke was niet de man van de revolutie, hoogstens de man van de omwenteling. In die zin moet Burke ook wel beseft hebben dat ook zonder de Verlichting, een revolutie een logisch gevolg was van de toenmalige maatschappelijke wantoestanden. Doch eerder dan de revolutie an sich bekampen, bestreed hij wat volgde en zette hij zich af tegen de Jacobijnse ideeën die het alternatief vormden voor Les belles familles van Jacques Prévert.
In die zin is het aanbod dat Burke ons deed ook nu nog van toepassing.
Wanneer Kroon, Kerk en Kapitaal in crisis zijn, zijn de ingrediënten er voor een revolutie. In het Ancien Régime was dit de enige houvast. Dus bijna uit noodzaak, zo je wil, duidde Burke op het belang van het kostbare sociale weefsel. Hij wou de mens echt nog een houvast bieden. Dit conservatief denken was eigenlijk bij uitstek progressief en bijzonder humaan. Terwijl vandaag de dag progressieven en bepaalde humanisten dergelijk conservatisme verfoeien en bestrijden, werd Burke voorvechter van de mensenrechten en werd hij alom gerespecteerd voor zijn strijd tegen de corrupte tiran Warren Hastings (de gouverneur van Bengalen). Misschien zijn mensen zoals Edmund Burke en Edmund Dene Morel (de man die de wantoestanden in het Congo van Leopold II bloot legde) wel de ware grondleggers van de universele verklaring van de rechten van de mens. De ideeën van Burke waren op zijn zachtst gezegd atypisch voor de verlichtingsfilosofen. Misschien is het daarom dat men vandaag de dag nog worstelt met de plaats die Burke verdient in het ideologisch spectrum: is de man nu een conservatief? Toch zeker niet in de huidige (foute) betekenis van het woord.
Vandaag zijn in België Kroon, Kerk en Kapitaal in crisis. België beschikt in deze evenwel niet over het monopolie. De Nederlandse regeringsvorming sleept al langer aan dan de Belgische. In landen zoals het Verenigd Koninkrijk en Australië waar voorheen nooit coalities werden gesmeed, zijn ze plots aan de orde. De bankencrisis en het failliet van Fortis zijn slechts exponenten van wat Lehman Brothers veroorzaakte. Twee pijlers wankelen maar kantelen (nog) niet.
Dat de voormalige bisschop Roger Vangheluwe zich zeker aan één minderjarige vergreep hoeft niet te verbazen als je dit puur vanuit statistisch oogpunt bekijkt: in de Verenigde Staten van Amerika (en andere landen) duikt nu al een paar jaar het ene schandaal na het andere op. Dit zal misschien bijzonder vreemd klinken, maar deze ergerlijke schandalen zullen geenzins een zwaar effect hebben op de Kerk, zolang je het instituut vereenzelvigt met het Geloof. Blijft de derde pijler dan overeind?
Na de scheiding tussen Kerk en Staat, lijkt het er meer en meer op dat de scheiding tussen het instituut kerk en Geloof zich compleet aan het voltrekken is. Critici zullen stellen dat de Kerk al voor hetere vuren heeft gestaan. Vuren waar ze trouwens zelf voor verantwoordelijk was. Hierin speelden het Hertogdom Brabant en het Graafschap Vlaanderen trouwens een bedenkelijke voortrekkersrol, door de Augustijner monniken Henri Voes en Jan van Esschen, omwille van hun Geloof, tot de brandstapel te veroordelen. Maar diezelfde critici zullen moeten erkennen dat sinds Luther zijn 95 stellingen aan de kapeldeur van Wittenberg nagelde, er zich een eerste schisma voltrok. Het leidde tot een gedecentraliseerde kerk waar Burke zich misschien ook nog goed zou in gevoeld hebben. Dit proces wordt nu versneld door onder andere de pedofilieschandalen in de Westerse kerk. Maar er dreigt nu een nog veel fundamentelere breuk: wanneer in de geesten het geloof wordt losgekoppeld van elk instituut. Dit tweede proces is een apart, parallel proces dat al een paar 100 jaar aan de gang is en losstaat van het proces dat de Kerk vandaag ondergaat. Er kan evenwel niet ontkend worden dat het eerste proces het tweede- veel fundamenteler- proces katalyseert. Maar blijft er dan niets meer over? Als men zijn geloof in een instituut verliest, verliest men dan ook het Geloof? De mens zoekt immers steeds een houvast…, niet?
De geestelijke loskoppeling zal zijn weg zoeken naar andere wijzen van houvast, eerder binnen het sociaal weefsel. Door bijvoorbeeld op zoek te gaan naar intacte voorbeelden, zeg maar heiligen (in de bredere zin dan de religieuze betekenis van het woord). De mens, of het nu een katholiek of vrijmetselaar is, hunkert immers naar het reine, pure, naar zuiverheid. Dit komt onder andere tot uiting in hun rituelen. Dit reflecteert zich in de zoektocht naar voorbeelden: pakweg pater Damiaan voor de Gelovige en Mandela voor de Humanist. Ook dit is zoeken naar houvast, in die mate dat deze boegbeelden, deze heiligen geïncorporeerd worden in het sociale weefsel. De vrijmetselaar waardeert Damiaan zoals de katholiek Mandela meer dan naar waarde schat én er zelfs naar opkijkt. Misschien is het huidige religious shopping (waarbij iemand de lusten van elk geloof gaat combineren, maar de lasten verwerpt) een exponent van die geestelijke loskoppeling? Stel je vervolgens voor dat ons beeld dat we van deze twee grote heren hebben, stuk geslagen wordt omwille van hun daden waarvan de mensheid tot op heden niet op de hoogte was... Dan verliest de mens houvast en steekt er een gevoel van ontreddering op.
Het instituut Kerk zal dus meer “augustijner” moeten worden, en een echt aggiornamento moeten ondergaan, wil Rome niet het ergste schisma ooit beleven: dat van de geestelijke loskoppeling, dat eigenlijk zich al langer aankondigt is en nu gekatalyseerd wordt. Daardoor is de Kerk geen houvast meer en enkel het Geloof, in het meest optimistische scenario, want kan de smet van de Kerk niet overslaan naar het Geloof? En is deze houvast dan definitief verloren? Slaat de secularisatie elke houvast stuk? En in hoeverre was dat houvast al niet langer verloren?
Wij hebben nogal de neiging bepaalde fenomenen aan het hic et nunc te attribueren. Als het Geloof vandaag wankelt, zal dat wel aan het hedendaagse klimaat liggen, zo redeneren we vaak gemakshalve. Het historisch perspectief vergeten we maar al te graag. Zo denken wij narcistische postmodernisten nu eenmaal. De nieuwe Beeldenstormer Hawkin, de bekende astrofysicus, doet God wankelen. Daar waar hij tot voor kort nog in zijn A brief history of time een schepper aanvaardde, gaat hij nu nog een stap verder en denkt hij zelfs Newton van zijn sokkel te halen. Straks kunnen we trouwens heel Westminster Abbey afbreken en vergeten wie daar ooit begraven lag… Zijn Hawkin, Vangheluwe, de pedofilieschandalen in de hele Westerse wereld, … verantwoordelijk voor het verdwijnen van die ene houvast: het Geloof? Als je het mij vraagt: neen. Want je zou er dan bijgevolg kunnen vanuit gaan dat de steniging van een (zogezegde overspelige) vrouw of de ophanging van een homofiele jongen, het Geloof in Mohammed zou ondergraven. Er is duidelijk meer nodig dat enkele “hic et nunc wantoestanden”.
De waarheid is mijns inziens dat twee processen zich parallel aan het voltrekken zijn. Wat het instituut kerk nu ondergaat is daarbij eigenlijk van ondergeschikt belang. Het proces van het geloof is fundamenteler, ook al kan je die twee zoals gezegd niet helemaal loskoppelen. En dat interessante proces is niet van vandaag alleen. Hawkin heeft hier geen monopolie op. Uiteindelijk is Hawkin ook maar een kind van Darwin. Net als ons ervaart hij vandaag het moreel-ethisch failliet van de Kerk. Het fenotype speelt dus zeker en vast een rol. En misschien daarom rekent hij met zijn demonen af in The grand design. Als het Geloof vandaag wankelt is dat geen zaak van Hawkin maar van Darwin. Zonder Darwin was er geen Hawkin.
Darwin is hét prototype van de geniale wetenschapper: immer zoekend naar de waarheid, alles opnieuw in twijfel trekkend en bijzonder creatief. Zijn theorie van de chaos druiste regelrecht in tegen de gangbare filosofie dat de schepping ordelijk, lineair gestuurd was door een hogere kracht of wezen. Hiermee werd Darwin meer dan de Luther van de wetenschap. Het is trouwens ontroerend te lezen hoe de man worstelde met het vinden van zijn waarheid. Zijn aarzeling om On the Origin of Species te publiceren was niet enkel ingegeven omwille van de vrees voor de ban-bliksems, maar ook uit liefde voor zijn vrouw die als het ware de emanatie was van de bevolking (die met deze onthullende theorie houvast zou verliezen) en tevens ten opzichte van God.
Het besef dat zijn stellingen één van de fundamenten van de maatschappij zouden onderuit halen bezorgde hem slapeloze nachten. In zijn tijd waren er nog geen twee processen: Kerk en Geloof waren één. Hij werd getormenteerd door de gedachte dat hij niet enkel de Kerk aan het wankelen bracht, maar ook God zelve. Hij bracht de bal aan het rollen (en niet onze generatie) en het was de Augustijner monnik (o ironie) Gregor Mendel die op aangeven van zijn visionaire abt Cyrill Napp, de bal een ferme trap voorwaarts gaf. Is Darwin dan de ultieme verantwoordelijke voor de vernietiging van God? Neen. Maar hij is wel verantwoordelijk voor het feit dat we vandaag de godsvraag of geloofsvraag stellen.
De paradox zit hem net hierin dat Darwin enerzijds verantwoordelijk is voor wat nu bezig is en echt aan de oppervlakte komt: de secularisatie, maar anderzijds ook de fundamenten heeft gelegd voor de zoektocht naar de essentie van het geloof.
De innerlijke strijd die Darwin voerde en de twijfel over het al dan niet, leidde niet alleen tot excellente wetenschap, maar ook tot excellent geloof. Het wegnemen van een houvast brengt ons mijns inziens tot een stabielere nieuwe houvast.
De mens zoekt zijn god. Door een houvast weg te nemen (het dogmatisch kerkelijk geloof) en twijfel te zaaien, legt hij de kiemen van een fundamenteler, oprechter geloof: hetzelfde wat Luther deed. Er is niets mis met twijfel, het is de georganiseerde wanorde, die vanzelf tot orde leidt. Twijfel is niemand vreemd. Wie schreeuwde het uit aan het kruis: “Mijn God, mijn God, waarom hebt gij mij verlaten?” Twijfel is een nieuwe houvast. Moeilijk, maar bijzonder interessant als je er mee kunt omgaan.
Twijfel is de drijfveer van verandering. Toen iedereen overtuigd geraakte dat Darwin het bij het rechte eind had met zijn evolutieleer waarin hij zoals gezegd de chaos als verantwoordelijke achtte voor de evolutie, kwam Ilya Prigogine op de proppen. Hij had de orde in de wanorde ontdekt. Hij ontdekte de ordelijke zuilen in de pot gekookt (en bijgevolg chaotisch) water. Het is mijns inziens net zo met de ordelijke wanorde van de evolutieleer.
Men moet dus kunnen omgaan met twijfel. Twijfel is zoals gezegd het houvast, de basis voor excellente wetenschap én geloof. Twijfel kan pas een houvast zijn als men eerst kan loslaten en dus een zekere houvast durft te laten varen. Twijfel is vaststellen dat de mens een toeval van nucleïnezuren is, maar tegelijk met verwondering vaststellen hoe die eenvoud tot dergelijke complexiteit leidt. Twijfel is het moment dat toeslaat bij het kind dat vaststelt dat Sinterklaas niet bestaat zoals het op een blauwe maandag bij mijn oudste dochtertje daagde. Haar repliek was trouwens verrassend: “Het leven, ‘t zijn allemaal leugens”, zei ze kurkdroog. Er viel een stilte in de auto. Adieu, kind zijn, dus. Welkom twijfel uw enige houvast.