Geen haatmails in onze naam

Door Daphné Dumery op 19 augustus 2011, over deze onderwerpen: NV-A, Politiek

Toen Bart Peeters zich onlangs negatief uitsprak over Bart De Wever kreeg hij, naar eigen zeggen, een achthonderdtal haatmails van N-VA-sympathisanten. Ook artiesten Daan en Milow overkwam eerder hetzelfde na kritiek op de N-VA of haar voorzitter. Milow gaat zelfs zo ver om te stellen dat de onbeschofte e-post die hij ontving uitging van “N-VA-verkozenen op gemeenteniveau” (De Morgen 12/08/2011). Of dat zo is is moeilijk te achterhalen gezien hij hiervoor geen bewijzen noch argumenten aanbrengt. Dat hoeft ook niet in dit kampioenschap moddergooien dat blijkbaar aan de gang is. Hoe komt het dat mensen zich zo identificeren met een partij of een bepaald denkbeeld dat ze zich persoonlijk aangevallen voelen als iemand een andere mening is toegedaan?

Ook ik heb het verschijnsel van de haatmails al mogen ervaren omdat bepaalde van mijn uitspraken over, bijvoorbeeld, migratie hevige en soms haatdragende reacties uitlokken. Bart De Wever heeft moeten leren leven met een dagelijkse dosis verbaal venijn – of zelfs erger - in zijn brievenbus.

Wat drijft iemand er toe alle fatsoen overboord te gooien en zich te verlagen tot ordinaire scheldpartijen, al dan niet anoniem en in alle veiligheid verscholen achter een internetalias.

Een uiting van onmacht, zoals Peter De Roover het stelt in zijn column (De Morgen, 14/08/2011), waarbij zij die merken dat hun stem niet gehoord wordt en minder luid klinkt dan de stem van zij die door de megafoon van de media spreken zich dan maar wenden tot het schrijven van haatdragende e-mails lijkt me te eenvoudig gesteld. Er is immers in onze samenleving meer aan de gang dan enkele gefrustreerden die haatmail versturen. Uiteraard speelt die frustratie mee maar men kan moeilijk stellen dat, in het geval van de haatmail aan het adres van wie het N-VA-gedachtegoed niet deelt, de mening en de stem van de N-VA of haar medestanders niet gehoord wordt in de media. Integendeel. Dat de N-VA-kiezer onmogelijk individueel aan bod kan komen in het publieke debat is logisch en hij/zij weet dat. Er moet dus meer aan de hand zijn dan enkel een uiting van onmacht.

Naast een algemene verruwing van onze maatschappij, waartegen weinig te doen valt behalve er zelf niet aan toe te geven, is er volgens mij een onderhuidse frustratie dat gekende problemen geen oplossing vinden. Dat is zo in het geval van de staatshervorming en Brussel-Halle-Vilvoorde maar ook als het gaat over pakweg de werkloosheid, armoede en criminaliteit. Die frustratie is dezelfde die aan de basis ligt van de rellen in het Verenigd Koninkrijk, de opstootjes in de Seefhoek en, inderdaad, de haatmails aan het adres van Bart Peeters en anderen. Mensen voelen zich onbegrepen en gefrustreerd omdat wat zij zien als een oplossing voor hun problemen, ondanks gedane beloftes, maar niet uit de bus komt.

Wat kunnen wij doen, de politici? Uiteraard moet elke vorm van haat en geweld, of het nu verbaal of fysiek is, krachtig worden veroordeeld om aan te tonen dat wij, samen als maatschappij en individueel als burger, dergelijke excessen niet tolereren. Is de kous hiermee af? Nee,  we moeten de feiten die aan de basis liggen van de frustraties voorkomen door er op te anticiperen en tegelijk hun voedingsbodem weg te nemen. Beginnen we misschien met uitvoeren wat we aan onze kiezer hebben beloofd. Ook het signaal van de kiezers mogen we niet negeren. In juni 2010 heeft de kiezer duidelijk voor verandering gekozen en nu moet ze lijdzaam aanzien hoe de partij waarvoor ze heeft gekozen, en die woord houdt, buitenspel wordt gezet. Het helpt niet om de kiezer voor te liegen dat de N-VA aan de kant is gaan staan als in de media berichten opduiken dat het de bedoeling van Caroline Gennez en Elio Di Rupo was de N-VA uit de onderhandelingen te schrijven… Zo voedt men enkel de frustratie van de kiezer die zich realiseert dat het niet uitmaakt voor wie hij stemt, dat het uiteindelijk toch weer dezelfde partijen zijn die de koek onder elkaar verdelen.

Aan de schrijvers van haatmails, tracht op een ander manier uw frustratie uit te drukken dan door haatmails te versturen.  Het is trouwens verloren moeite! De geadresseerde zal zich niet tot uw standpunten bekeren op die agressieve wijze. Ook uw partij doet u er geen plezier mee.

Aan de ontvangers van haatmail kan ik enkel aanraden om te proberen te begrijpen waarom zij die ontvangen en met de verzender in debat te gaan. Gebruik argumenten om uw uitspraken te onderbouwen. En gebruik argumenten waarvan u zeker weet dat ze correct zijn. Als Bart Peeters op Radio 1 verklaart dat Macedonië omwille het uiteenvallen van Joegoslavië door het leven moet als FYROM (Former Yugoslav Republic Of Macedonia) en dus niet weet dat het in werkelijkheid gaat om een dispuut met Griekenland over de naam Macedonië wekt hij niet de indruk dat hij in de rest van zijn betoog wel met kennis van zaken praat.  Ikzelf werd in debatten al vergeleken met Filip Dewinter en het migratieplan van de N-VA werd fascistisch genoemd. Ik ben die debatten aangegaan met argumenten, zonder mijn tegenstanders te negeren, te kleineren of te beledigen, en ik heb gemerkt dat de andere hierna mijn standpunt nog steeds verwierp maar door mijn argumentatie mijn mening kon respecteren. Misschien moeten we dat ook doen met wie haatmail verstuurt: beantwoorden, argumenteren en het debat aangaan. Er is nog geen enkele anonieme briefschrijver van mening veranderd omdat hij gediaboliseerd en vervolgens genegeerd werd.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is