U bent hier
De symbolen van Pavlov
Stel u voor dat uit nationalistische hoek het voorstel zou komen om de betaalde feestdag van 1 mei te schrappen ten voordele van 11 juli. De socialistische beweging zou, terecht, scherp uithalen naar deze aanval op één van haar belangrijkste symbolen. De polarisering tussen socialisten en nationalisten, voor het gemak verengd tot 'bekrompen rechts' tegen 'wereldvreemd links', zou dagenlang breed worden uitgesmeerd in al onze media.
Het raken aan symbolen veroorzaakt immers, bijna per definitie, een haast Pavloviaanse tegenreactie van wie deze symbolen zelf hoog in het vaandel draagt. Zo ook in Antwerpen, waar de 'culturele wereld' voorstelt om het De Coninckplein, genoemd naar Pieter De Coninck, voor velen een held van de Guldensporenslag, om te dopen tot het … De Coninckplein. Weliswaar genoemd naar Herman De Coninck, voor velen een held van de Nederlandse letteren.
Gebrek aan respect
Door te raken aan een symbool van de Vlaamse Beweging, door dit symbool te willen vervangen door een ander, zij het al even gerespecteerd symbool, lokt men een reactie uit en tracht men aan te tonen hoe bekrompen de nieuwe Antwerpse burgemeester wel is. Wie kan er immers tegen een Herman De Coninckplein zijn? Getuigt dit niet van een stuitend gebrek aan respect voor een van Vlaanderens grootste literaire helden? En zo heel direct én rechtstreeks meteen ook voor de hele Antwerpse en Vlaamse culturele sector?
Door aan te sturen op deze discussie, een conflictje dat – toch zo voorspelbaar - dagenlang zou woeden op de opiniepagina’s van de kranten, tracht men de nationalisten te "ontmaskeren" als cultuurhaters. Terwijl diezelfde nationalistische burgemeester allerminst een probleem zou hebben met een eerbetoon aan een literair symbool als dat eerbetoon niet dat andere, Vlaamse symbool zou onteren. Wel integendeel.
Culturele buit
In de strijd om de Vlaamse ontvoogding was het lange tijd vooral de culturele elite die het voortouw nam, die het vanzelfsprekend vond dat ook de Vlaamse, Nederlandstalige cultuur haar plaats had als leidende cultuur in wat pas veel later het Vlaams Gewest en Vlaanderen zou worden. De Vlaamse Beweging is nog steeds van mening dat een volk niet kan bestaan zonder zijn eigen cultuur te mogen en kunnen beleven. Een standpunt dat geldt voor Vlaanderen, maar ook wereldwijd. Helaas, het streven om meester van ons eigen lot te zijn, zeg maar: het recht op zelfbeschikking, wordt door velen, niet in het minst door diegenen die zich groeperen in en laten aanspreken als de 'culturele elite' als provincialistisch en bekrompen beschouwd. Want, zo lijkt het wel: de culturele buit is binnen, de strijd is – toch voor hen - gestreden.
Het symbool is vaak belangrijker dan de achterliggende gedachte. Voor beide kampen. Dat nationalisten hun symbolen niet willen opgeven wordt als problematisch en symptomatisch beschouwd door diegenen die hen andere symbolen willen opdringen. Terwijl in een multiculturele wereld symbolen net naast elkaar moeten kunnen bestaan. In wederzijds respect. Het is niet door de helden van anderen af te wijzen dat men de eigen helden een dienst bewijst.